Visualizzazione post con etichetta Arnolfo di Cambio. Mostra tutti i post
Visualizzazione post con etichetta Arnolfo di Cambio. Mostra tutti i post

giovedì 22 marzo 2012

Een naam als een bus...

De tandarts van de kinderen heet Dottoressa Marmo (dokter Marmer) en dat lijkt me een prima naam die past bij haar beroep. Ik hou van dat soort namen. Soms zijn ze grappig zoals dhr. Baksteen, vlieger bij de KLM.

Hetzelfde dacht ik altijd van Bernardo Buontalenti (1531-1608), een ongelofelijk veelzijdig man, architect, beeldhouwer, schilder, militair ingenieur, scenograaf en kok. Ik vond het zo fantastisch dat zo'n man met deze naam geboren was. Bernard Voltalent!! Helaas is de werkelijkheid een tikje minder lyrisch en heette hij bij geboorte Bernardo Buonacorsi, toch is hij de geschiedenis ingegaan en bekend bij iedereen als Bernardo Buontalenti.

één van de eerste ontwerpen van Buontalenti die je ziet 
als je vanaf Porta Romana de stad binnenrijdt: 
Het paleis van Bianca Cappello in Via Maggio

Buontalenti is niet de enige die zijn stempel op de stad heeft gedrukt. De eerste was natuurlijk Arnolfo di Cambio die niet alleen beeldhouwer was maar als architect eind 13e eeuw het ontwerp voor de Dom, Palazzo Vecchio, de absis van Santa Croce en de jongste stadsmuren voor zijn rekening nam. Michelangelo die begin 16e eeuw de verdedigingswerken rond San Miniato maakt. Vasari die midden 16e eeuw de Uffizi en de Vasarigang bouwt.

Vasari wordt als hofarchitect na zijn dood  opgevolgd door Buontalenti en het duurde tot ver in de 19e eeuw voordat er weer iemand kwam die het straatbeeld van de stad drastisch veranderde: Giuseppe Poggi. Hij brak de 13e eeuwse stadsmuren van Arnolfo en en hele middeleeuwse wijk in het centrum af in een poging om Florence dezelfde allure te geven als Parijs, een Europese hoofdstad waardig. Maar daarover een volgende blog.

Aan het eind van Via Maggio, hoek met Borgo San Iacopo:
De Buontalenti fontein

In het kader van de opfrissingscursus 16e eeuw was ik onlangs in het Museo degli Argenti (zilvermuseum) wat eigenlijk 'de Prinselijke schatkamer' zou moeten heten, want de verzameling zilveren borden is slechts een kleine greep uit de ongelofelijk gevarieerde verzamelingen die er te zien zijn. Van Cameeen tot fantasie snijwerk in ivoor, van christal tot hardstenen vazen. Ringen, glazen, kandelaars, miniaturen, oneindig. Onze leraar stond lang stil voor een vaas van lapis lazulli gemaakt naar een ontwerp van.... Buontalenti.
De Buontalenti vaas

Vanuit de stad is van alle kanten te zien het fort wat Ferdinando I de'Medici door Buontalenti liet ontwerpen, Forte Belvedere, het lijkt een vriendelijke villa, maar in werkelijkheid is het een onneembare vesting die dreigend boven de stad uit torent. Een vluchthaven voor familieleden en kostbaarheden.



In Via Proconsolo in het Palazzo Nonfinito is een voorbeeld van een Buontalenti-raam te zien.



Na  deze wandeling raad ik aan nog even langs de Gelateria alla Passera te gaan op het Piazza della Passera. Zij hebben het beste Buontalenti-ijs, een recept wat de veelzijdige man ontwierp tijdens een opdracht een uitbundig banket voor de internationale gasten van de familie de'Medici te organiseren.


Bij de banketten zorgde hij niet alleen voor het desert maar ook voor de kostuums en de scenografie van de spektakels om de gasten te amuseren.



Bij de film Vatel moet ik altijd aan Buontalenti denken, aan alles wat hij deed om het de mensen aan het hof naar de zin te maken, ook al speelt het bijna een eeuw later.

















giovedì 26 gennaio 2012

Van Rudolph naar Rodolfo

De foto van de geredde telescoop van Galileo (klik voor de blog) deed mijn broer Rudolph mij een aantal foto's sturen. Een jongetje in oorlogstijd met twee enorme flessen wijn, een enorme Rembrandt op een oude truck en de lijkwade van Turijn in een kistje.
Ik antwoordde hem met onder andere deze foto van 'Pallas en de Centaur' van Botticelli bij een wagen vol geladen met schilderijen:

Deze foto is gemaakt tijdens de Tweede Wereld Oorlog in Alto Adige, waar dit schilderij, dat in de Uffizi hoort naar toe werd gebracht door de Duitse Kunstschutz. Deze organisatie was opgericht ter bescherming van meesterwerken tegen de geallieerde bombardementen, maar gaf de Duisters ook de vrijheid om de schilderijen en beelden te brengen waar ze wilden en er dus ook mee aan de haal te gaan. Hitler en Goering hadden ambitieuze verlanglijstjes. Zo had Goering een Tiziano, de Danae afkomstig uit Napels, in zijn slaapkamer hangen die hij in 1944 voor zijn verjaardag had gekregen. Na de wapenstilstand van september 1943, hoorde Alto Adige nog tot het Reich en van daar uit was het transport naar Nazi slaapkamers makkelijk geregeld.

Het roven van kostbaarheden tijdens oorlogen is zo oud als de geschiedenis en met de opkomst van het Nazisme en het Fascisme werd er vòòr de oorlog al rekening mee gehouden door een Florentijn, Rodolfo Siviero.

In '34 trad deze kunstliefhebber, -verzamelaar en -criticus bij de Italiaanse geheime dienst om informatie in te winnen over de op hande zijnde invasie in Oostenrijk en in '37 verhuisde hij zelfs naar Duitsland met een studiebeurs als dekmantel.Vanaf het begin heeft hij alle aankopen van de Nazi's in Italie bijgehouden en toen tijdens de bezetting de Duitsers schilderijen en beelden gingen verplaatsen, om welke reden dan ook, volgde hij ze op de voet.

Beticht van collaboratie, maar ondertussen ondergronds werkend ten behoeve van de collecties van de Italiaanse musea, leest zijn levensverhaal als een jongensboek. Na de oorlog wordt hij aangesteld als hoofd van de interministeriele commissie voor het terugvinden van de kunst. Hij reist de hele wereld rond, leidt diplomatieke missies en heeft succes. Niet alleen de 'Pallas en de Centaur' van Botticelli hangt dankzij zijn inzet weer in de Uffizi, maar de Danae van Tiziano weer in Napels en zo zijn nog meer dan 600 werken gerepatrieerd.
Siviero, Rodolfo Siviero

Op eigen verzoek is in Florence in zijn voormalig woonhuis een klein museum ingericht, waar zijn niet oninteressante, zeer gevarieerde kunstcollectie te zien is, maar ook allemaal objecten die getuigen van Siviero's veel bewogen leven. Schilderijen van zijn vrienden De Chirico en Annigoni (met opdacht: aan mijn oude vriend Rodolfo Siviero), zijn studeerkamer vol met catalogi van alle kunstveilingendie hij bezocht en zijn koffer met stickers van de Holland Amerika lijn en van prachtige hotels in New York.

Het museum is open op zaterdag (hele dag), zondag en maandag (van 10.00 tot 13.00 uur). Na een bezoek aan het museum is het leuk om even door de wijk San Nicolò te wandelen en bij Fuori Porta te lunchen, een enoteca vlak buiten de stadsmuur, althans het stukje van de muur van Arnolfo uit de 13e eeuw dat nog bestaat.